menu

BC Brogilo

Wedstijdreglement Bridgeclub Brogilo

Wedstijdreglement versie september 2017:
NB: met ingang van het seizoen 2018-2019 is BC Brogilo overgegaan op het clubrankingsysteem. Hierdoor zijn diverse paragrafen van het reglement niet meer van toepassing!

Artikel 1 Geldende reglementen

  • Naast dit reglement is op alle clubwedstrijden het wedstrijdreglement van de Nederlandse Bridge Bond van toepassing evenals de meest recente spelregels van de Bond en de regels en reglementen op het punt van arbitrage ingeval van onregelmatigheden vóór tijdens of na het spelen van de wedstrijd.

Artikel 2 Benoeming en taak wedstrijdleider

  1. De wedstrijdleider wordt door het bestuur uit haar midden benoemd.
  2. De wedstrijdleider heeft het recht een wedstrijdcommissie te benoemen, die naast de wedstrijdleider bestaat uit tenminste twee leden, in het bezit van tenminste het diploma CLA van de Nederlandse Bridge Bond en zich door deze commissie te laten bijstaan. De wedstrijdleider is voorzitter van deze commissie.
  3. De wedstrijdleider is verantwoordelijk voor de organisatie van de interne clubcompetitie en alle overige in clubverband te spelen wedstrijden, voor een correcte gang van zaken met betrekking tot alle speel- en speltechnische aangelegenheden en voor de juiste toepassing van de (spel)regels.
  4. Op het punt van arbitrale zaken kan de wedstrijdleider - indien onder de leden ter zake bevoegde(n) aanwezig is (zijn) en het bestuur daaraan haar goedkeuring hecht - dit onderdeel van zijn taak overdragen.
  5. De leden zijn verplicht de tijdens de wedstrijd door de wedstrijdleider resp. de door hem aangestelde arbiter(s) genomen beslissingen als zodanig hoffelijk te aanvaarden.

Artikel 3 Interne clubcompetitie

  1. De interne clubcompetitie bestaat uit een serie competitierondes gedurende één speelseizoen, welke elk op zich minimaal vijf zittingen (=speelavonden) in beslag nemen.
  2. De wedstrijdleider stelt aan het begin van het speelseizoen het wedstrijdschema vast, dat na goedkeuring door het bestuur voor dat seizoen de basis vormt van de clubcompetitie.
  3. De wedstrijdleider is bevoegd bij de organisatie van de clubcompetitie van al die vormen van wedstrijdbridge gebruik te maken, die op grond van de reglementen van de Nederlandse Bridge Bond als zodanig zijn toegelaten.
  4. Het bestuur kan op voorstel van de wedstrijdleider besluiten aan de clubcompetitie een bijzondere competitieronde te verbinden, waarvan de regels bij de publicatie van dit besluit worden bekend gemaakt.
  5. De eindscore van een wedstrijdronde wordt bepaald door het gewogen gemiddelde van alle zittingsscores, waarbij rekening wordt gehouden met inval- en afwezigheidregels.
  6. Uit de eindscores volgt een volgorde, op grond waarvan men kan promoveren of degraderen.

Artikel 4 Vorming van paren en indeling in lijnen

  1. De vorming van paren geschiedt op basis van vrijwilligheid. Een paar mag uit drie leden bestaan met dien verstande dat elk niet-spelend lid van het drietal niet met een ander lid in dezelfde competitielijn kan meespelen in de betreffende competitieronde.
  2. De indeling in lijnen vindt plaats volgens speelsterkte, waarbij aan het begin van het speelseizoen de indeling aan het eind van vorige clubcompetitie uitgangspunt is. De Wedstrijdcommissie heeft het recht met het oog op een evenwichtige indeling van de lijnen te besluiten, dat een paar in een lagere dan wel hogere lijn wordt ingedeeld. Gedurende het speelseizoen zijn aan het eind van elke competitieronde de regels betreffende promotie en degradatie van toepassing.
  3. Om tijdens een zitting een stilzittafel te voorkomen heeft de wedstrijdleider het recht een paar voor die zitting naar een andere lijn over te plaatsen. Zo mogelijk kan een stilzittafel in meer dan één lijn ook worden opgelost door het instellen van een zgn. combispeeltafel.
  4. Een paar heeft het recht één competitieronde te verzuimen of om buiten mededinging aan een (slechts beperkt) aantal zittingen van een competitieronde deel te nemen na dit tijdig (voor aanvang van de eerste zitting van die competitieronde) te hebben gemeld aan de wedstrijdleider en behoudt dan zijn plaats in zijn lijn. Bij verzuim van twee of meer competitieronden vindt degradatie plaats tenzij aan het betreffende paar daarvoor dispensatie is verleend door de Wedstrijdcommissie. Bij verzuim van e´én of meer competitieronden kan het betreffende paar niet in aanmerking komen voor het clubkampioenschap. Een paar dat in een competitieronde buiten mededinging meer dan de helft van het aantal zittingen heeft bijgewoond, wordt geacht aan genoemde competitieronde te hebben deelgenomen en kan dan ook promoveren of degraderen volgens de van kracht zijnde regels.
  5. Een nieuw paar bestaande uit één of twee nieuwe leden zal in principe in de laagste lijn worden ingedeeld, tenzij het bestuur op voorstel van de wedstrijdleider besluit tot indeling in een hogere lijn. Een dergelijk besluit kan alleen worden gebaseerd op de bekende speelsterkte van het paar.
  6. Ingeval van verbreking van het partnership geldt: De in de clubcompetitie behaalde punten voor het clubkampioenschap blijven voor het betreffende lid gehandhaafd. Bestaat het nieuwe partnership uit twee leden, die al deelnamen aan de interne clubcompetitie, dan wordt voor dit nieuwe paar de individueel behaalde puntenscore gemiddeld.

Artikel 5 Systeemkaart alerteren en toepassing stopregel

  1. In de A-lijn is elk paar verplicht twee identieke, goed en duidelijk ingevulde systeemkaarten met de meest belangrijke kenmerken van haar systeem van bieden en tegenspelen op te stellen en voor gebruik bij de club in bewaring te geven. Deze kaarten dienen voor aanvang van het spelen ongevraagd aan de tegenpartij te worden aangeboden.
  2. In elke lijn is elke speler verplicht tot toepassing van de regels inzake alerteren en de stopregel en desgevraagd tot het geven van juiste en volledige informatie conform de regels van de Nederlandse Bridge Bond.
  3. Bij elke onregelmatigheid aan tafel moet arbitrage geroepen worden. Bij het zelf herstellen van een onregelmatigheid kan de Wedstrijdleider een arbitrale score toepassen.

Artikel 6 Verhindering

  1. Elk lid is verplicht op de speelavond tijdig aanwezig te zijn. Verhindering dient uiterlijk twee uur voor het aanvangstijdstip aan de wedstrijdleider te zijn gemeld.
  2. Een paar dat ongemeld afwezig is op een competitiezitting krijgt een korting van 2,5% op hun eindscore van de betreffende competitieronde.
  3. Wanneer van een paar één speler verhinderd is kan de partner met een andere clubspeler (of een gelijkwaardig te achten niet-club-speler) spelen in de lijn van één van beide spelers, bij voorkeur de hoogste lijn, een en ander na overleg met en ter beslissing van de wedstrijdleider. Het behaalde resultaat wordt met inachtneming van een eventuele reglementaire correctie gezien als het resultaat van het oorspronkelijke paar resp. de oorspronkelijke paren.

Artikel 7 Garantiescores, scorecorrecties en strafscores

  1. Voorkoming van een stilzittafel.
    Als een paar ter voorkoming van een stilzittafel − artikel 4, lid 3 − op aanwijzing van de wedstrijdleider speelt in een hogere lijn dan de eigen lijn, wordt de behaalde score genoteerd met dien verstande, dat het paar tenminste de garantiescore verkrijgt. Hieronder wordt verstaan het gewogen gemiddelde van de behaalde en nog te behalen scores in de eigen lijn.
  2. Invallerregeling
    Wanneer van een paar één speler verhinderd is en het bepaalde in artikel 6, lid 2 van toepassing is, geldt de volgende regeling:
    1. de invaller speelt in dezelfde lijn; voor beide betrokken paren geldt, dat de behaalde score wordt genoteerd.
    2. de invaller komt uit een lagere lijn; voor beide betrokken paren geldt, dat de behaalde score wordt genoteerd onder toepassing van een minimumregeling. Beide betrokken paren krijgen de werkelijke score met een minimum gelijk aan het gemiddelde* in de eigen lijn.
    3. de invaller komt uit een hogere lijn voor beide betrokken paren geldt, dat de behaalde score wordt genoteerd onder toepassing van een maximumregeling. Beide betrokken paren krijgen de werkelijke score met een maximum gelijk aan het gemiddelde* in de eigen lijn.
    4. de invaller is geen clublid; het betrokken paar krijgt de werkelijke score met een maximum gelijk aan het eigen gemiddelde* plus 2,5% (resp. 9 IMP.s) en een minimum gelijk aan het eigen gemiddelde* minus 2,5% (resp. 9 IMP.s).
      *Met het eigen gemiddelde wordt bedoeld het gewogen gemiddelde van alle behaalde en nog te behalen zittingsresultaten met de eigen partner.
  3. Niet of te laat aanwezig
    1. Indien van een paar een speler zonder tijdige kennisgeving afwezig is, krijgt het paar voor die zitting een score toegekend van 0% (resp. -150 IMP's). Deze strafbepaling geldt niet ingeval van kennelijke overmacht, dit ter beoordeling van de wedstrijdleider.
    2. Indien van een paar een speler een kwartier of later na het aanvangstijdstip van de zitting verschijnt, dan mag het betreffende paar één spel aan het einde van de zitting naspelen en geldt voor de overige niet gespeelde spellen een gemiddeld min score en voor de tegenstanders een gemiddeld plus score.
  4. Te traag spelen / naspelen
    1. Indien aan een tafel het signaal "niet beginnen aan een nieuw spel" wordt genegeerd, heeft de wedstrijdleider het recht dit spel te annuleren en aan beide paren een arbitrale score toe te kennen.
    2. Per zitting heeft elk paar het recht maximaal één spel - na tijdsoverschrijding in enige ronde - na te spelen.
    3. Indien een paar als gevolg van deze beperking één of meer spellen niet kan spelen, wordt op dat spel resp. die spellen een arbitrale score toegekend. Het paar, dat als tegenstander op één van deze spellen functioneert en dat daarom bedoeld spel niet kan naspelen, krijgt eveneens een arbitrale score toegekend.
    4. De wedstrijdleider heeft de bevoegdheid deze regel naar eigen ervaring en inzicht al dan niet toe te passen.

Artikel 8 Protestcommissie

  1. Elk lid heeft het recht binnen drie dagen na afloop van een wedstrijd bij de wedstrijdleider een protest in te dienen tegen een door de wedstrijdleider resp. de arbiter genomen beslissing. Dat protest moet schriftelijk en voorzien van gemotiveerde bezwaren en alle relevante gegevens worden ingediend.
  2. De wedstrijdleider verzoekt in deze situatie het bestuur een ad hoc protestcommissie te benoemen, die binnen veertien dagen zal oordelen over de vraag of het protest al dan niet terecht is. Zo nodig zal de uitslag van de wedstrijd dienovereenkomstig worden aangepast.
  3. Indien ter zake van de interne clubcompetitie een besluit genomen is door het bestuur heeft elk lid eveneens het recht binnen tien dagen na bekendmaking daarvan protest in te dienen, schriftelijk en voorzien van gemotiveerde bezwaren. Het bestuur - afhankelijk van de aard van de zaak eventueel op verzoek van de Algemene Vergadering - zal een protestcommissie benoemen, die binnen veertien dagen zal oordelen over de vraag of het protest al dan niet terecht is. Zo nodig zal de uitslag van een wedstrijd resp. competitieronde resp. de gehele competitie worden aangepast.

Artikel 9 Promotie en degradatie

  1. Aan het einde van elke competitieronde gelden de regels inzake promotie en degradatie.
  2. Promotie kan uitsluitend geschieden door een paar, dat in een competitieronde meer dan de helft van het aantal zittingen van een competiteronde aanwezig is geweest en bovendien meer dan de helft van het aantal zittingen, dat het aanwezig was, in de vaste samenstelling speelde.
  3. Paren, die aan het einde van een competitieronde het hoogst eindigen in de B- en C-lijn promoveren naar de naast hogere lijn. Het aantal bedraagt 25% van het aantal paren, dat aan het begin van de competitieronde in de betreffende lijn meedeed. Als 25% uitkomt op 0,5 paar, dan beslist de Wedstrijdcommissie of naar boven of beneden wordt afgerond.
  4. Paren, die aan het einde van een competitieronde het laagst eindigen in de A- en B-lijn degraderen naar de naast lagere lijn. Het aantal bedraagt 25% van het aantal paren, dat aan het begin van de competitieronde in de betreffende lijn meedeed. Als 25% uitkomt op 0,5 paar, dan beslist de Wedstrijdcommissie of naar boven of beneden wordt afgerond.
  5. De Wedstrijdcommissie kan in aanvulling op het hierboven bepaalde een extra paar (of in uitzonderlijke gevallen meer paren) laten promoveren of degraderen met als enige reden de grootte van de lijnen zoveel mogelijk met elkaar in evenwicht te brengen.
  6. Een paar dat in een competitieronde de meerderheid van de zittingen, waarbij het aanwezig was, met een invaller heeft gespeeld, kan niet promoveren maar wel degraderen. Degradatie vervalt als het paar alle zittingen, waarbij het aanwezig was, met een invaller heeft gespeeld. In dat geval wordt het paar geacht buiten mededinging aan de competitieronde te hebben deelgenomen.
  7. Een paar dat minder dan de helft van het aantal zittingen van een competitieronde aanwezig is, kan niet promoveren maar wel degraderen.
  8. Een paar degradeert als het in twee opeenvolgende ronden minder dan de helft van het aantal zittingen per ronde heeft bijgewoond ongeacht de eindscore van beide ronden.
  9. Een paar, dat niet in een competitieronde is ingedeeld en toch een aantal keren meespeelt, kan niet promoveren en degraderen, voor zover dat aantal keren beperkt blijft tot de helft van het aantal zittingen in die ronde of minder. Zie Artikel 4, sub 4.
  10. Een paar, dat recht heeft op promotie, kan op verzoek in dezelfde lijn blijven spelen. Een dergelijk verzoek zal slechts eenmaal per verenigingsjaar worden toegestaan.
  11. Ter zake van een eventueel te spelen bijzondere competitieronde gelden aparte regels op het punt van promotie en degradatie; deze regels worden bij de instelling van een zodanige competitieronde bekend gemaakt.

Artikel 10 Clubkampioenschap

  1. Na de laatste gewone (paren) competitieronde wordt de rangorde naar speelsterkte van alle paren vastgesteld en welk paar clubkampioen is geworden. Alleen paren, die minimaal 70% van de zittingen met een vaste partner gespeeld hebben, komen voor deze vaststelling in aanmerking. Bij verbreking van het partnership in de loop van het verenigingsjaar en de vorming van een nieuw partnership, geldt de nieuwe partner ook als vaste partner als het een clublid betreft, die ook aan de lopende competitie deelnam.
  2. Per competitieronde krijgt elk paar een ranking: het winnende paar van de A-lijn krijgt 1 punt, paar nummer 2 krijgt 2 punten, enz. Het paar met de beste score van de B-lijn krijgt 1 punt meer dan het aantal paren in de A-lijn, enz. Het laatste paar in de C-lijn krijgt evenveel punten als er paren waren.
  3. Het paar, dat aan het einde van competitieseizoen het minste aantal punten heeft, is clubkampioen.
  4. Als twee paren het laagste en gelijke aantal punten behalen, dan wordt het paar, dat aan alle competitieronden heeft deelgenomen, clubkampioen. Als beide paren aan evenveel competitieronden hebben deelgenomen, dan wordt het paar met het hoogste gemiddelde zittingspercentage clubkampioen. Om percentages uit de B-lijn te kunnen vergelijken met die uit de A-lijn, wordt een correctiefactor van 0,67 toegepast.
  5. Een paar, dat ten hoogste één competitieronde heeft verzuimd blijft opgenomen in de rangschikking van de strijd om het clubkampioenschap. Als een paar een competitieronde niet meedoet, krijgt het paar voor die ronde een aantal punten dat gelijk is aan het aantal paren in de betreffende lijn plus het aantal paren in de hogere lijn(en). Zie ook Art.4 lid 4.
  6. Als in de loop van het competitieseizoen een nieuw partnership ontstaat, zoals vermeld onder dit artikel punt 1, dan worden de rangorden behaald met de voorgaande partners gemiddeld.

Artikel 11 Bijzondere competities

  1. Indien het bestuur daartoe besluit kunnen resultaten op slembiedingen in de interne clubcompetitie worden gebruikt voor een individuele rangschikking van alle deelnemende leden in een aparte strijd om de slembokaal. Voor elk geboden en gehaald groot slem SA, groot slem in een kleur en klein slem in enige speelsoort, worden resp. 12, 10 en 5 punten toegekend aan beide spelers van het betreffende paar; als het geboden slem niet wordt gehaald, dan volgt een aftrek van 2 punten per downslag. Een gedoubleerd of geredoubleerd slem contract gehaald levert een extra beloning van 1 punt op. De slembokaal wordt gewonnen door het lid, dat aan het einde van de interne clubcompetitie in dit verband de meeste punten heeft vergaard. Deze aparte competitie staat geheel los van de normale interne clubcompetitie.
  2. Het bestuur kan - in overleg met de wedstrijdleider - ook andere competities organiseren met als uitgangspunt de resultaten van de wedstrijden in de interne clubcompetitie. Ook die bijzondere competities zullen los staan van de normale interne clubcompetitie.

Artikel 12 Conventies

  1. Het gebruik van z.g. "Bruine Sticker Conventies" en "Hoogst Ongebruikelijke Methoden" is tijdens het spelen niet toegestaan. Zie voor definities BruineStickerHOMseptember2015.pdf van de NBB.

Artikel 13 Slotbepalingen

  1. Indien binnen de interne clubcompetitie een competitieronde wordt gespeeld op basis van een viertallenwedstrijd, gelden zoveel als mogelijk is de in dit reglement vastgelegde regels, gelet uiteraard op het specifieke karakter van deze spelsoort.
  2. In alle gevallen waarin de geldende reglementen niet voorzien en welke ook overigens niet nader zijn geregeld, beslist . gehoord de Wedstrijdcommissie . het Bestuur.

Artikel 14 Toepassing van dit wedstrijdreglement

  • Dit wedstrijdreglement is goedgekeurd op de Algemene Ledenvergadering van 2013, met wijzigingen naar aanleiding van de ALV van 2014.